Welkom op de pagina
van Rogier
Opleiding
Ik ben in 1970 geboren in Heer
(Maastricht). Al tijdens het
eerste jaar van de middelbare
school wordt
duidelijk dat
mijn toekomst in
de horeca ligt.
Na het tweede jaar van de middelbare
school ben ik overgestapt naar de
lagere horeca school "Pastoor Jacobs" in
Sittard. Na het 4e examen jaar heb ik daar nog een kopklas
gevolgd (5e jaar). Na het 5e jaar
in Sittard word ik aangenomen op
de Middelbare Horeca School
in Heerlen. Tijdens en na mijn
opleiding in Sittard werk ik in het
weekend in de praktijk bij diverse restaurants. Na het 1e jaar
op de MHS in Heerlen krijg ik van Restaurant Lindenhorst in Valkenburg het
aanbod om gedurende 1 jaar de rol van maître te vervullen.
Het restaurant, met 1 michelin ster, wordt
gerund door de voormalige "lady
chief of the year" Ida van de
Hurk. Omdat ik deze ervaring niet
wil missen, neem
ik tijdelijk afscheid van de MHS in Heerlen.
Het jaar daarop kom
ik in contact met een oud leraar van de lagere horecaschool in Sittard, die
inmiddels een nieuwe middelbare horecaschool heeft opgericht
in Venray. Ik krijg de
mogelijkheid om meteen in het 2e leerjaar in te stromen en tevens bij de
eerste behoren die deze nieuwe,
unieke horecaopleiding volgen.
Deze middelbare opleiding is meer
praktijkgericht dan de MHS in Heerlen. In
die tijd is al duidelijk dat er in de toekomst meer vraag zal zijn
naar meer praktijk opgeleide vakmensen.
Hotel De Swaen
Tijdens mijn opleiding in Venray ga ik
nog elk weekend terug naar Maastricht om te werken in restaurants. Na een
jaar kom ik in Venray in contact
met iemand die samen met mij Hotel "De
Swaen" op
de grote markt wil runnen. School
en hotel kan ik
prima combineren. Na het 3e jaar
op de horecaschool in Venray volgt
er een 4e jaar waarin het de
bedoeling is dat men een bedrijf
in binnen- of buitenland
zoekt om daar
als stagiaire in de leer te gaan
voor nog meer praktijkervaring.
Omdat ik al een hotel
run, stel ik aan de directie voor om
mijn stage te laten plaatsvinden in mijn
eigen bedrijf. Aangezien men geen
uitzondering wil maken, ben
ik genoodzaakt om voor mijn eigen
hotel te kiezen.
Een aantal maanden nadat ik die keuze heb gemaakt,
krijg ik de bekende grote
bruine enveloppe van defensie met de definitieve oproep voor de dienstplicht.
Via de Hoge Raad
van State probeer ik hier nog
onderuit te komen i.v.m. belangrijkere economische belangen in hotel "De
Swaen". Maar daar heeft de
rechter geen boodschap aan, aangezien
ik indertijd op mijn 16e ben goedgekeurd
en zodoende mijn dienstplicht gewoon moet vervullen. Er is
zelfs een jongen die een bar
heeft met 20 werknemers en deze
allemaal moet ontslaan en de bar moet verkopen
omdat de dienstplicht voorrang heeft.
In mijn geval wordt exact
hetzelfde geredeneerd en mijn zakenpartner ziet
het niet zitten om alleen door te gaan.
Dus zit er niets anders op
dan hotel "De
Swaen" over te doen aan iemand
anders en zelf dan maar de dienstplicht te gaan vervullen.
Militaire dienst
Eenmaal in dienst wordt mij al snel
duidelijk dat een werkdag maar uit 4 uur effectief werken bestaat.
Aangezien ik gewend ben om
minstens 12 uur per dag te werken,
krijg ik het gigantisch benauwd
bij het idee dat ik na terugkomst uit het leger waarschijnlijk niet meer
zo gemotiveerd ben.
Om hier iets aan te doen vraag ik de
Kazerne Overste
tot 2 keer toe om een extra
functie/job, zodat ik mijn tijd
alsnog een zinnige invulling kan
geven.
Zo ben ik naast Chef menagemeester
(Souschef keuken), Huismeester van het officiershotel en Chef hofmeester
(Maître officiersrestaurant).
1e NL/BE VN
Transportbataljon
Vervolgens kom ik er
na bijna 6 maanden dienstplicht achter dat de mogelijkheid
bestaat om 6 maanden lang met een
VN missie naar (het toenmalige) Joegoslavië
of Cambodja te gaan. Wil ik mijn
resterende 6 maanden zinnig invullen, dan zou
dit volgens mij de perfecte manier
zijn om er het uiterste uit te halen. Ook
spreekt het
mij meteen aan dat ik op deze manier de kans krijg
om mensen in een echte noodsituatie te helpen. Aangezien ik niet zoveel
ervaring heb in de Jungle kies
ik meteen voor Joegoslavië. Ik zal deelnemen aan
het 1e NL/BE VN Transportbataljon. Vanaf het moment van goedkeuring gaat het
allemaal heel snel en heb ik mijn, tot
nu toe, meest
ingrijpende ervaring opgedaan. Omdat we de eerste zijn, slapen
we 6 maanden in tenten bij temperaturen tot -30 graden
Celsius naast mazoutkachels
die niet meer functioneren, zelfs niet met
kerosine als brandstof. IJspegels
van 1,5 meter aan de 6-persoons boogtenten zijn
standaard. Tevens hebben wij, omdat
we de eerste zijn, geen
beveiligingspeloton om ons kamp te beschermen. Dit moeten
we maar zelf oplossen, omdat de
politiek daar nog geen oplossing voor heeft,
dus naast overdag koken ook nog 's nachts wachtlopen. Afgezien van
tientallen lokale dodelijke slachtoffers
valt er in ons bataljon helaas ook een dodelijk slachtoffer, een
meisje uit Maastricht. Daarnaast zit er een
jongen in onze groep, die tijdens
een wachtdienst een granaatsplinter in zijn arm krijgt. Als
hij hiervoor behandeld wordt, ontdekken ze in het veldhospitaal dat hij
leukemie blijkt te hebben. Dit bewijst
ook meteen dat onze voorafgaande lichamelijke onderzoeken niet 100%
zijn verlopen op de medische kazerne in
Nederland.
Maar dat zijn de risico's van de eerste zijn en daar staat tegenover dat
je na afloop die ervaring
nooit zou willen ruilen voor
de ervaring van iemand die na jou in
een gespreid bedje terecht is gekomen.
Thuiskomst
Als ik na 6 maanden vrijwillige
VN missie en 8 maanden dienstplicht terug keer naar
mijn ouderlijk huis in Klimmen, wordt me
al snel duidelijk dat de ervaringen in Bosnië z'n sporen
hebben achtergelaten op mijn
hele doen en laten. Een bezoek aan de supermarkt krijg
ik de eerste tijd emotioneel niet helemaal verwerkt door
de hoeveelheid aan producten die er worden aangeboden en lastige, snobistische
gasten in een restaurant kan ik niet meer
verdragen. Als zo'n persoon moeilijk doet over
een asbak die scheef staat op tafel dan
gaan je al snel de nekharen overeind staan, niet de reactie die er
in een klassiek restaurant van je wordt verwacht.
Dus is het al snel duidelijk dat
ik er moeite mee
heb om nog langer te werken in luxe restaurants. Omdat ik
al mijn ervaring heb opgedaan in
voornamelijk het gastheerschap en de
keuken en ik het werk op zich
nog steeds heel erg leuk vind, is het natuurlijk zaak om alsnog
iets te vinden in de horeca en het liefst zo snel mogelijk weer aan de
slag te gaan.
Voerstreek
Omdat er emotioneel sowieso
nog veel verwerkt moet worden, nemen
mijn ouders mij vaker mee voor een
wandeling in de natuur van de Voerstreek.
Al snel komen we terecht bij één van
de herbergen die de streek rijk
is, alwaar we een trappistenbier met
een stuk stinkkaas
bestellen.
Meteen komen bij mij de beelden
terug van de omgeving in Bosnië, die
veel vergelijking vertoont met de
natuurlijke omgeving van Voeren.
Ook valt het mij meteen op dat andere bezoekers/gasten vrijwel
allemaal hele aardige, niet over het
paard getilde, mensen zijn
die genieten van de natuur en juist dankbaar zijn voor datgene
wat ze hier
ervaren.
Ommekeer
Meteen krijg ik weer ideeën en
energie om zelf mijn horeca-ervaring op deze manier verder uit te bouwen.
Een herberg met een hele lage drempel,
waar de gasten zich na binnenkomst
meteen thuis voelen en vooral zichzelf kunnen zijn. Alleen dan zouden, in
mijn ogen, gasten pas echt kunnen ontspannen. Dit is
natuurlijk in strijd met wat ik heb geleerd
en met de bedrijven waar ik eerder
heb gewerkt,
omdat het er juist daar altijd
om draait dat de gast tijdens zijn
verblijf met zoveel mogelijk luxe
en glitter omringt wordt. Wanneer ik
dan, na mijn ervaringen in Bosnië, kies
voor het veel meer terug naar de basis idee, verklaren
veel collega's mij voor gek om in "the middle
of nowhere" een zaak te beginnen.
Ideologie
Ik ben er persoonlijk van
overtuigd dat de ervaring die ik heb opgedaan
tijdens de oorlogssituatie in Bosnië uiteindelijk niet veel verschilt van
de ervaring die je ook hier opdoet.
De verharding van de maatschappij om ons heen is de laatste 10 jaar sterk
toegenomen en heeft de hang naar de ongekunstelde herberg midden
in de natuur alleen maar doen toenemen bij de consument.
En dit zal ook zeker nog even doorgaan. Ik durf zelfs te voorspellen dat
de natuur de komende10 jaar meer
toeristen zal aantrekken, dan
pretparken of overdekte woonboulevards.
Bij het steeds maar meer, nieuwer
en sneller komen we meer en meer tot
de ontdekking dat het enige echte relaxte juist de meest simpele, al
aanwezige natuur is.
Herberg Moeder de Gans
Uiteindelijk heeft mijn vader mij in contact gebracht
met de toenmalige eigenaar
van herberg "De Swaen" in
's-Gravenvoeren, waarmee ik
overeen kom om zijn andere uitbating Herberg "Moeder de Gans" te huren.
Deze herberg is dan net een half jaar
geopend, uitsluitend in het
weekend en zonder maaltijden te
serveren. Ondertussen heb ik
3 maanden voor dit moment Barbara Deliën leren kennen, een
vriendin uit Venray. Samen met
haar heb ik toen de knoop doorgehakt en het
huidige Herberg "Moeder de Gans" opgestart.
Na een half jaar krijgen
we de mogelijkheid om het onroerend goed te kopen en 2 jaar later breiden
we uit door nog een groot, ongerept
stuk land achter de herberg aan te
kopen. Inmiddels zijn we
alweer meer dan 10 jaar met
veel plezier bezig met Herberg "Moeder de Gans" in Teuven.
Vervolg... |